Bletilla striata ‘blue’ - Blauw Japanese Orchis

De Bletilla's zijn erg proliferatieve tuinorchideeën die van volle zon houden

In tegenstelling tot de meeste meerjarige orchideeën, die liever op een koele en vochtige plek staan, zijn orchideeën van het Bletilla-geslacht goed tegen de volle zon bestand.

Vanaf de maand april ontwikkelen de bollen nieuwe scheuten, waarna er een bos prachtige lange bladen verschijnt. Tijdens de zomer draagt de plant zes tot tien okergele bloemen, als losse aren langs de bloemstengel. Nadat ze de tuin zo'n maand lang hebben opgefleurd, verdwijnen de bloemen, maar niet de bladeren. Niet meteen in ieder geval, pas in november verwelken ze. Er is dan niets meer zichtbaar van de plant en voor de schijnknol begint een rustperiode die tot de volgende lente duurt.

Bletilla’s verspreiden zich heel snel en al na enkele jaren kunnen ze mooie groepjes van 20 tot 30 bloemstelen vormen en tot 80 cm hoog groeien. Ze zijn perfect geschikt voor beginners en ze voelen zich goed in de zon, op plaatsen waar uw andere orchideeën niet terecht kunnen. Dankzij dit specifieke karakter van de hyacint-orchideeën kunt u ze ook in potten planten om een zonnig terras of balkon mee te sieren.

Planten en onderhoud

We dringen erop aan dat u 'Bletilla'-orchideeën zo snel mogelijk na ontvangst overplant. Het is ten stelligste afgeraden om tuinorchideeën in hun kweekpot te houden omdat ze daarin te gevoelig zijn voor de warmte en droogte in de zomer of voor de winterkou. 

De ideale periodes om aan te planten zijn het einde van de zomer en de herfst. Zo krijgen de orchideeën de mogelijkheid om zich vóór de winter goed in te nestelen en kunnen er in de lente nieuwe stengels groeien. Plaats een Bletilla nooit in huis of in een serre. Ze hebben een koudeperiode nodig om zich verder te kunnen ontwikkelen.

Graaf een grote plantput van zo'n 15 tot 20 cm diep. Bletilla-orchideeën hebben de neiging om in de loop der jaren uit te breiden en te groeien, laat dus een twintigtal centimeter tussen elke voet.

Ze verkiezen een humusrijke, lichte grond met een goede afwatering. Die afwatering is belangrijk, want de schijnknol verdraagt geen stagnerend vocht. Is uw bodem te compact? Geen paniek! U kunt gewoon een drainagelaag op de bodem van uw plantput aanleggen (met lavasteen).

Met fijne lavasteen of puimsteen kan het substraat ook vochtig blijven in een periode van droogte. U kunt een eenvoudig substraat maken door ongeveer 1/3 lava- of puimsteen te mengen met 1/3 humus van goede kwaliteit en 1/3 tuinaarde.

Haal de plant uit de kweekpot en plaats ze in de put. Zorg ervoor dat de aardkluit op hetzelfde niveau komt als het grondoppervlak errond. Kijk goed na of de aardkluit wel degelijk met de aarde errond contact heeft en geef de plant de eerste dagen overvloedig water (zeker bij droogte).

Met kaliumrijke kunstmest kan de plant zijn reserves opbouwen en het jaar nadien dus beter en mooier bloeien. Bemesten doet u tijdens de vegetatietijd, van april tot eind september. 

Om u hierbij te helpen en het planten van uw Bletilla-groepen makkelijker te maken, stelt Phytesia u 2 onderlagen voor : 

• Lavasteen: De lavasteen kunt u gebruiken zoals hierboven staat beschreven. Eén zak is voldoende voor het aanplanten van vijf of zes tuinorchideeën.
• De gebruiksklare mengeling 'Bletilla en Pleione'-potgrond: Geschikt voor het aanplanten van twee tuinorchideeën.